Iedereen is vrij, maar sommigen zijn meer vrij
In veel organisaties gaat leren vooral over bijsturen. Efficiënter worden. Gedrag bijstellen. Kennis bijspijkeren. Maar echt leren, zoals wij het zien, vraagt iets anders, iets groters.
Echt leren begint op het moment dat mensen ruimte maken voor verschil. Als er twijfel mag zijn. Als eerdere ervaring ertoe doet. Als het even schuurt. En dat gebeurt vaker dan we denken, want verschil wordt nog weleens gemaskeerd door termen als ‘samen’, ‘ontwikkeling’ en ‘doelgericht werken’. Maar achter die woorden schuilt regelmatig een normatief systeem dat wil dat iedereen op dezelfde manier handelt en zich gedraagt conform de norm.

De menselijke norm
Precies daarom kan trainen ook een daad van verzet in zich hebben. Geen luid protest, maar een bewuste keuze om als trainer en als mens ruimte te maken. Voor ervaring, voor verbinding, voor echte ontwikkeling. Want echt leren — en echt trainen — is geen oefening in beheersing. Het is een oefening in menselijkheid.
De verleiding van volgzaam
Als leren wordt gelijkgesteld aan bijsturen, betekent dat vooral: aanpassen. Doe wat er van je verwacht wordt, pas je gedrag aan en wordt ‘effectiever’. En wie dat goed doet, wordt gezien als talent, als high potential.
Maar dat is een beperkte opvatting van leren en talent.
Want wie alleen maar volgt, groeit niet. Wie zich aanpast zonder ruimte voor reflectie, laat ervaring achter bij de kapstok. Terwijl het is juist ervaring en reflectie die leren vruchtbaar maken. Als verschil niet meer welkom is, zodra verzet wordt weggemoffeld als lastig gedrag en twijfel wordt gezien als inefficiëntie, is er geen veilige leeromgeving meer. Er is dan geen sprake meer van leren. Dan zijn we mensen iets aan het afleren.
Waarom zo streng? – een reflectie
De manier waarop de Verenigde Staten vandaag de dag omgaan met het begrip vrijheid doet me denken aan het boek Animal Farm van Orwell — uit 1945, omdat het laat zien hoe zelfs de mooiste intenties (gelijkheid) kunnen kantelen als verschil verdwijnt (iedereen is gelijk) en macht zich concentreert (sommigen zijn meer gelijk).
Wat me raakt, is de gelijkenis in het patroon: hoe een prachtig uitgangspunt als vrijheid kan kantelen. Van intentie (vrijheid) naar vrijblijvendheid (iedereen is vrij), naar concentratie van de macht (sommigen zijn meer vrij).
Een boek dat ooit waarschuwde voor totalitaire controle binnen een communistisch regime, blijkt vandaag de dag pijnlijk herkenbaar in het functioneren van een kapitalistische democratie. Zodra macht zich concentreert, verdwijnt verschil. En waar verschil verdwijnt, verliest een samenleving haar vermogen om te leren, te luisteren, te groeien. Dat raakt direct aan het werk van trainers. Want als we geloven dat leren de motor is van ontwikkeling, dan vraagt dit tijdperk om trainers die verschil niet wegwerken, maar verwelkomen.
Trainen als vak
Leren trainen gaat bij ons dus niet over specifieke kennis of methoden. Het gaat over hoe je aanwezig bent, hoe je reageert als iets schuurt. Durf je daarin mee te bewegen? Kun je verschil verdragen, zonder het op te lossen? Kan je vrijheid geven, zonder het gezamenlijke doel op te geven? Daar zit het vakmanschap.
Dat vraagt dat je als trainer echt kijkt. Niet alleen naar gedrag, maar ook naar wat eronder ligt. Verzet in de groep is niet per definitie een blokkade. Het is een ingang. Het is informatie. Wat vaak als ‘weerstand’ wordt gezien, herkennen wij als een vorm van leren.
Moeilijk? Niet als je meedoet aan de module groepsdynamiek die op 23 juni 2025 start, vier weken duurt en nog voor de zomervakantie wordt afgerond.
De trainer als ontwerper van ruimte
Bij de TrainersAcademie werken we met het idee dat een leerproces niet vooraf vaststaat. Het vraagt om een ontwerp dat richting geeft, zonder alles dicht te regelen. Een leeromgeving waarin mensen zich kunnen bewegen, uitproberen, botsen en reflecteren.
Je ontwerp hangt samen met hoe jij kijkt, denkt en werkt. Het is geen standaard recept. Jij kiest werkvormen die passen bij jouw stijl én bij de groep voor je. En je durft ze los te laten als dat beter past. Daarom draait onze opleiding niet om het ‘wat’ van trainen, maar juist om het ‘hoe’: hoe jij als persoon aanwezig bent in het proces, want jij bent het belangrijkste instrument in je eigen training.
Leren als daad van verzet
We leven in een tijd waarin systemen vaak neigen naar versimpeling en sturen op voorspelbaarheid. Waarin afwijking wordt gerationaliseerd, getemperd of genegeerd. En waarin leren soms vooral betekent: ‘aanpassen aan de norm’.
Tegen die achtergrond snappen wij dat een deelnemer ervoor kiest om niet te leren als die de norm niet deelt en zich daarom niet wil aanpassen. Laten leren betekent een bewuste keuze om ruimte te maken tussen de mens en de norm, ruimte voor verschil en vrijheid, voor ervaring, voor verbinding, want dat resulteert in leren. En wie weet, dan verandert die norm misschien ook.
Voor trainers betekent dat:
– jezelf kennen en inzetten als leerinstrument
– verschil herkennen en waarderen
– je blijven verwonderen, ook als je het al vaker hebt meegemaakt.
De moed om het verschil te maken voor je deelnemers
Leren van en met elkaar vraagt om een goed ontwerp van de training, reflectie en moed; zowel van de trainer als van de deelnemers. En wie denkt dat leren vanzelf wel ontstaat, vergist zich. Het is werk. Het is een vak. Het is een reis die je telkens opnieuw onderneemt. Bij de TrainersAcademie maak je de heldenreis om trainer te worden. Je leert niet om deelnemers braver te maken, maar om ze sterker te maken in het accepteren van verschillen, dialogen aan te gaan en zo ontwikkeling mogelijk te maken.
En dát is, in onze ogen, precies wat deze tijd nodig heeft. Durf jij het aan?